Dinsdag 14 april 2015

Information Overload

Wie koopt er tegenwoordig nog iets in de winkel? Boodschappen wellicht. Maar de rest koopt men allemaal via webwinkels als bol.com. E-commerce maakt een enorme groei door1Financiële Dagblad 17 juni 2014. die de komende jaren nog wel door gaat zetten.2European B2C E-commerce LIGHT Report 2014. Het recht geldt ook op het internet en e-commerce stelt dit recht voor vele uitdagingen. Een van die uitdagingen is het voldoen aan de informatieplichten en dat wordt besproken in dit artikel.

Bij de aankoop van producten en in het bijzonder bij software is het van belang om te weten hoe de software precies werkt, wat de functies zijn en of het compatibel is met het eigen systeem. Het grootste deel van deze informatie moet de verkoper aanleveren. In 2014 is de Richtlijn 2011/83/EU (hierna: Richtlijn) omgezet naar Nederlands recht. Deze Richtlijn eist dat de informatie ook gegevens bevat over interoperabiliteit en compatibiliteit. Bovendien moet al deze informatie duidelijk en begrijpelijk worden gepresenteerd. En daar ligt een uitdaging: hoe kan deze informatie duidelijk en begrijpelijk worden gepresenteerd aan de consument?

In dit stuk wordt een mogelijk antwoord gegeven op deze vraag. Geconcludeerd zal worden dat er een technologische oplossing bestaat voor dit probleem. Er wordt op de volgende manier naar dit antwoord toegewerkt: als eerste worden de informatieplichten en het idee daarachter besproken. Vervolgens wordt er gekeken naar de eventuele technische oplossing. Daarna worden mogelijke uitdagingen, zoals een uitspraak van het Europese Hof van Justitie, voor deze oplossing besproken.

Informatieplichten en hun ratio

Informatieplicht is een breed onderwerp dat de verscheidene plichten van verkoper en koper bij een overeenkomst betreft. Bovendien behelzen informatieplichten meer dan alleen verduidelijking over kenmerken van de zaak. In dit stuk worden echter alleen de informatieplichten bekeken die toezien op het melden van kenmerken van de zaak. Blok definieert deze informatieplicht als volgt: de leverancier moet zijn afnemer zo duidelijk mogelijk en volledig mogelijk voorlichten over de werking en de functionaliteiten van de door hem geleverde software.3P.H. Blok e.a., Overeenkomsten inzake informatietechnologie, Monografieën Recht en Informatietechnologie deel 2, Den Haag: SDU Uitgevers 2010. p. 26. Voor de koper is er een onderzoeksplicht: het is te verwachten dat hij informatie vergaard, maar deze is lager van orde dan de informatieplicht van de verkoper.4P.H. Blok e.a., Overeenkomsten inzake informatietechnologie, Monografieën Recht en Informatietechnologie deel 2, Den Haag: SDU Uitgevers 2010. p. 23 Hoewel er in de literatuur verschillende opvattingen bestaan over de informatieplichten, is er een consensus over het bestaan van een informatieplicht en een onderzoeksplicht voor respectievelijk de verkoper en de koper.5 Zie o.a. F. van der Klaauw en C. Prins, IT-Contracten. Overeenkomsten in de automatisering, Deventer: Kluwer 1995. p. 15 en R.D. Bruggen, E. Lange & H.A.A. Dun, Juridische aspecten van de Informatievoorziening, Den Haag: SDU Uitgeverij 2007. p. 20

Wat is echter het idee achter deze informatieplichten? Vranken onderscheidt vier perspectieven om deze ontwikkelingen omtrent de informatieplichten te bestuderen. Het tweede perspectief, het inhoudelijke perspectief, sluit het beste aan op de definitie van Blok, zoals hierboven uiteengezet. In dit perspectief worden de informatieplichten gezien als een inhoudelijke controle op de overeenkomst om de een tegen de ander te beschermen. Ongelijkheid tussen de partijen, die zich op vele vlakken kan manifesteren, wordt op deze manier gelijkgetrokken. Men heeft dus een wederkerige zorgplicht.6J.B.M Vranken, Medelings-, informatie- en onderzoeksplichten in het verbintenissenrecht, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1989. p. 203

Het boek van Vranken dateert alweer uit 1989. Desondanks sluit het tweede perspectief aan  op de meningen van de eerdergenoemde, meer ICT-recht onderlegde, auteurs. Vranken zet de ratio van de informatieplichten in het Nederlandse recht uiteen: centraal staat de zorgplicht die de verkoper heeft ten opzichte van de koper. Deze is niet volledig; van de koper wordt toch enige eigen verantwoordelijkheid verwacht.

Codificering van de informatieplichten

De wetgever heeft ervoor gekozen om de Richtlijn op te nemen in Boek 6 en 7 van het Burgerlijke Wetboek (BW). Hierdoor ontstaat er een aparte titel voor consumentenovereenkomsten.7S.S. van Kampen, ‘De Europese Richtlijn voor consumenten rechten, een onzeker resultaat?’, TvC 2014-3, p.114-121. Voor dit stuk zijn alleen de artikelen 6:230m en 6:230v BW van belang.

Art. 230m is gewijd aan de informatieverplichtingen. In lid 1 sub a is de eis van de voornaamste kenmerken van de zaak te vinden. Deze eis was al bekend uit het oude artikel 7:46c. De Richtlijn voegt echter twee nieuwe informatieplichten toe: 230m lid 1 sub r en sub s. Sub r ziet toe op de functionaliteit en sub s op relevante interoperabiliteit. Het begrip ‘functionaliteit’ dient te verwijzen naar de manieren waarop de digitale inhoud kan worden gebruikt, bijvoorbeeld voor het in kaart brengen van consumentengedrag. Het dient ook te verwijzen naar de aan- of afwezigheid van technische beperkingen, zoals bescherming via Digital Rights Management of regiocodering. Bij het begrip ‘relevante interoperabiliteit’ gaat het om de informatie over de standaard hardware en software waarmee de digitale inhoud compatibel is, bijvoorbeeld met het besturingssysteem, de vereiste versie en bepaalde hardware kenmerken.

In art. 6:230v is de eis uit overweging 34 van de Richtlijn gecodificeerd. In deze overweging wordt gesteld dat verkoper de informatie duidelijk en begrijpelijk moet aanbieden. Bovendien moet de verkoper bij de verstrekking rekening houden met de specifieke behoeften van consumenten die door hun mentale, lichamelijk of psychologische handicap, hun leeftijd of hun goedgelovigheid bijzonder kwetsbaar zijn. Maar dit alles mag niet tot verschillende niveaus van consumentenbescherming leiden. Daarnaast moet de verkoper ook nog rekening houden met de technische beperkingen van het medium via welke de overeenkomst wordt gesloten, zoals het maximum aantal tekens op een beeldscherm van een iPad of iPhone.8 Overweging 34, Richtlijn 2011/83/EU.

Can I Run It?

Het is voor de verkoper een hele opgave om alle informatie die geëist wordt duidelijk en begrijpelijk te presenteren aan de verschillende consumenten. Er zijn verschillende besturingssystemen, grafische kaarten en processoren. Om toch aan deze informatieplicht te voldoen, ligt het voor de verkoper voor de hand om alle informatie ‘maar gewoon’ te publiceren. Deze manier van informatievestrekking is niet snel duidelijk en begrijpelijk en bovendien doet dit af aan het wederkerige zorgplichtidee van de informatieplichten.

Er bestaat al enige tijd een mogelijke oplossing om toch te voldoen aan het verstrekken van alle informatie op een duidelijke en begrijpelijke manier én recht te doen aan het idee van een wederkerige zorgplicht. Websites als System Requirements Lab9www.systemrequirementslab.com/cyri en Can I Run It 10www.game-debate.com/can-I-run geven al jaren lang advies aan gamers of zij bepaalde computergames kunnen spelen op hun computer. Door middel van het downloaden van een stukje software of via de browsers laten lopen van een Java applicatie wordt je systeem gescand. Deze systeemkenmerken zijn allemaal makkelijk en snel te vinden op de PC. Deze informatie wordt vergeleken met de gestelde eisen door de ontwikkelaar en daaruit rolt een advies.

De uitspraak Content Services

Waarom gebruiken webwinkels deze sites dan niet? Daarvoor zijn meerdere redenen: authenticiteit, juistheid van de informatie, risico-ontwijking door de verkoper. Daarnaast bestaat er ook nog een juridisch probleem. Het Europese Hof van Justitie (HvJEU) heeft in juli 2012 in het Content Services arrest bepaald dat de verkoper niet mag verwijzen naar informatie die beschikbaar is via een hyperlink.11HvJEU 5 juli 2012, nr. C-49/11 Content Services Het betrof hier informatie uit art. 4 Richtlijn 97/7/EG welke was omgezet naar art. 7:46c lid 1. Deze bepaling zag echter alleen toe op post-contractuele informatie. De vervangende bepaling van art. 7:46c lid 1 is art. 6:230v lid 7 en bestrijkt nog steeds alleen post-contractuele informatie. Lid 7 sub a van art. 6:230v stelt wel: alle in artikel 230m lid 1 bedoelde informatie, voor zover de handelaar deze niet voor het sluiten van de overeenkomst op een duurzame gegevensdrager heeft verstrekt.’ Er bestaat dus geen wettelijke plicht om voor het sluiten de informatie op een duurzame gegevensdrager aan te bieden. Wat best begrijpelijk is als het een ‘gewone’ overeenkomst betreft. Alleen voor de consument is het wat bewijs betreft van belang dat hij een dergelijk testrapport op een duurzame drager heeft, mocht de software niet-conform zijn.

Art. 6:230v lid 7 sub a houdt echter, op basis van de bepaling ‘voor zover’, wel rekening met een dergelijke situatie. Het is bovendien wel een praktische en zinvolle oplossing om een dergelijk testrapport voor het sluiten van de overeenkomst toch aan te bieden aan de consument. De verkoper heeft dan in een keer alle informatie op de juiste manier aangeboden.
De authenticiteit van de informatie kan een probleem zijn. Als alle webwinkels hun eigen software ontwikkelen die op verschillende manieren werken, kan het zijn dat er verschillende resultaten uit de tests rollen. Van de consumentenkant zou het ideaal zijn als de besturingssystemen op een uniforme manier hun ‘identiteitskaart’ presenteren. Vervolgens kan deze identiteitskaart door de systeemcheck van de webshop worden uitgelezen. Deze systeemscan kan worden ontwikkeld op basis van bijvoorbeeld een best practice idee vergelijkbaar met de ontwikkeling van iDEAL of door webwinkels standaard normen te geven bij het ontwikkelen van zulke software, die bijvoorbeeld worden gewaarborgd door het Thuiswinkel Waarborg. Op deze manier is de authenticiteit gewaarborgd. Als de webwinkels deze systeemcheck vervolgens verwerken in hun ‘winkelwagentje’ en het resultaat van de test samen met bijvoorbeeld de algemene voorwaarden aanbieden dan wordt ook voldaan aan de eisen gesteld in art. 6:230m en art. 6:230v.

IT als probleem en oplossing

E-commerce groeit, zal voorlopig ook nog blijven groeien en stelt daarmee het recht voor uitdagingen. In dit artikel is een van deze problemen besproken: de informatieplichten. Sinds 2014 geldt nieuw recht voor de consumentenovereenkomst op afstand. Art. 6:230m geeft de verkoper extra informatieplichten. Het idee achter informatieplichten is door Vranken benoemd: deze wederkerige zorgplicht is een inhoudelijke controle op de overeenkomst en om de ongelijkheid die mogelijk tussen partijen bestaat gelijk te trekken. De informatie uit art. 6:230m moet op basis van art. 6:230v duidelijk en begrijpelijk worden gepresenteerd. Besturingssystemen, hardware en software kunnen in veel combinaties gebruikt worden. De consument deze veelal technische informatie begrijpelijk te presenteren, is een grote uitdaging. Mogelijk ligt hier in de IT een oplossing voor: systeemchecks. Tegenwoordig bestaan er al sites die deze service aanbieden. Voor de verkoper is naar deze sites verwijzen na het sluiten van de overeenkomst op basis van het Content Services arrest en art. 6:230v onmogelijk. Deze verplichting geldt niet vóór het sluiten van de overeenkomst, maar door dit wel te doen met een dergelijke systeemscan voldoet de verkoper in een keer aan alle eisen. Een wildgroei aan verschillende systeemscansoftware kan echter leiden tot een verschil in testresultaten. Een mogelijke oplossing van dit probleem is dat de besturingssystemen een standaard manier van systeeminformatie presenteren gaan gebruiken. Deze kan dan door de systeemchecks uitgelezen worden. Hoewel dit dus enige investering van de verkopers vereist, is dit wellicht een meer praktische manier om de informatie begrijpelijk en duidelijk te presenteren. Bovendien wordt op deze manier eer gedaan aan het wederkerige zorgplicht idee van de informatieplichten.

   [ + ]

1. Financiële Dagblad 17 juni 2014.
2. European B2C E-commerce LIGHT Report 2014.
3. P.H. Blok e.a., Overeenkomsten inzake informatietechnologie, Monografieën Recht en Informatietechnologie deel 2, Den Haag: SDU Uitgevers 2010. p. 26.
4. P.H. Blok e.a., Overeenkomsten inzake informatietechnologie, Monografieën Recht en Informatietechnologie deel 2, Den Haag: SDU Uitgevers 2010. p. 23
5. Zie o.a. F. van der Klaauw en C. Prins, IT-Contracten. Overeenkomsten in de automatisering, Deventer: Kluwer 1995. p. 15 en R.D. Bruggen, E. Lange & H.A.A. Dun, Juridische aspecten van de Informatievoorziening, Den Haag: SDU Uitgeverij 2007. p. 20
6. J.B.M Vranken, Medelings-, informatie- en onderzoeksplichten in het verbintenissenrecht, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1989. p. 203
7. S.S. van Kampen, ‘De Europese Richtlijn voor consumenten rechten, een onzeker resultaat?’, TvC 2014-3, p.114-121.
8. Overweging 34, Richtlijn 2011/83/EU.
9. www.systemrequirementslab.com/cyri
10. www.game-debate.com/can-I-run
11. HvJEU 5 juli 2012, nr. C-49/11 Content Services